Elias van Steenderen

Fa. Elias van Steenderen, grossier in levensmiddelen in Gorinchem 

De vereniging ontving naar aanleiding van de oproep voor informatie over Gorcumse middenstand een leuk winkelboek van Kees Ekelmans van de Fa. Elias van Steenderen. Daar hebben heel wat Gorcumers bij gewerkt. Het bedrijf is opgericht door Elias van Steenderen (1872 - 1931) was gevestigd als zaak in ‘Koloniale Waren’ in de Westwagenstraat en vertrok in 1914 naar de Langendijk B141 waar het de toevoeging kreeg “In de Adelaar”, om 7 jaar later, in 1921 zijn winkel om te zetten in een grossierderij in de Tolsteeg B106. Deze liep ook goed daarbij ook nieuwe zaken als de vertegenwoordiging voor goederen en passagiers van de Aurore II schroefstoomboot Maatschappij die voer tussen Meerkerk en Rotterdam. In oktober 1923 vestigt hij zich op de Appeldijk 33, in het pand ‘Hoop en Vlijt’ (Stond vroeger groot onder de daklijst). Krijgt zowaar al telefoon met nummer 247 bereikbaar. In 1930 verkrijgt hij naast de vele merken zoals Van Nelle tabak en Sunlight zeep de verkooprechten van het product I.G.A. wat staat voor “Ik Genees Alles”. Helaas overlijdt hij echter in december 1931 slechts 59 jaar. Zijn zoons waaronder Paulus Johannus ( hij is dan 29 jaar) nemen de zaak over. Op 1 januari 1936 krijgt de firma de een nieuw telefoonnummer 697. Twee jaar later komt daar nog een -2- voor, het boekje is dus minimaal van na 1937.

In het voorjaar dreigt nog een staking door een actie van de unie van de samenwerkende organisaties van handel en kantoorpersoneel voor meer salaris en twee weken vakantie per jaar zoals toen al algemeen aanvaart is. Het komt net goed omdat alle eisen worden ingewilligd door de directie. In april 1953 verkrijgt men wederom een nieuw telefoonnummer 2667. Dat geeft aan dat ons winkelboek ongeveer 65 tot 85 jaar oud is.

De firma gaat samenwerken met de Levensmiddelengroothandel “Klimop” en is dan verantwoordelijke voor het Rayon Gorinchem. Hoe het verder afloopt met de fa Elias van Steenderen is (mij) onbekend. Want hoewel op het boek staat: “Wie schrijft… die blijft! “was  dat meer voor de administratie dan voor de geschiedenis in dit geval.